Wie wordt kampioen?

maandag 5 juli 2010

Column; Nico Dijkshoorn

De emotie van Arjen Robben, ik vond het stuitend


Laten we het over gezondheid hebben. Ruim een week terug, na Nederland-Kameroen, werd Arjen Robben geïnterviewd door Bert Maalderink. Robben had net een voetbalboekenmomentje achter de rug. Dat maakt je weerloos.

De trainer is zijn herdershond kwijt, het hele team helpt zoeken, de nieuwe jongen met zijn vreemde kicksen, die het hele boek lang zo enorm gepest is door de schele zoon van de burgemeester, vindt de hond in een schuurtje. Ze zijn net op tijd voor de wedstrijd en in de laatste minuut scoort de anti-held met een omhaal. Iedereen houdt opeens van hem. Dat soort gedoe.

Robben speelde, na een kortstondige blessure, het laatste stuk van de wedstrijd mee en maakte direct het verschil. Op uitnodiging van journalist Bert Maalderink vertelde hij er, vlak na de wedstrijd, iets over. En toen kwam de emotie.

Op zich niets mis mee. Ik acht het niet onmogelijk dat zoiets zelfs Johan Derksen kan overkomen. Vraag hem op een onverwacht moment naar de gitarist van een of ander Texaans kutbandje en hij staat geëmotioneerd op zijn snor te kauwen.

Wilfried Genee, die al op zijn zesde met zijn hoofd in een kartonnen doos net deed alsof hij Mart Smeets was, leg je arm om hem heen en zeg: 'Ik kijk door die buitenkant heen, Wilfred. Jij bent gewoon een hele goede anchorman. Laat ze maar lullen, ik vind het heel knap wat je doet, live vragen van lezers voorlezen', en je kunt het vreugdesnot uit zijn haar wrijven. Zo hebben we allemaal onze zwakke plek.

Robben had alleen maar moeten huilen. Dat is mooi. De mond die van alles wil zeggen, de tong als een bedorven ossenhaas loodzwaar in zijn mond, de lippen bewegen, iedereen willen bedanken en dan alleen maar wat gepiep en geblaas voortbrengen. Arjen Robben begon er helaas bij te spreken. Weg moment.

Ik heb het interview nog eens nageluisterd. Dit zegt Robben aan het begin van het gesprek: 'Dit is toch waar je naartoe hebt gewerkt. Het is een lange weg geweest. Geen leuke weg. Je hebt keihard moeten knokken en dan zie ik dit als een hele mooie beloning. Dan denk je wel wat je er allemaal voor gedaan hebt. Mensen staan er niet altijd bij stil, maar als je geblesseerd bent en toe moet kijken, dat is een lijdensweg.'

Het gaat hier om een invalbeurt na een blessure van enkele weken. Een beetje au in het bovenbeen. Haal het stukje over de blessure er uit en Nelson Mandela had precies dezelfde tekst uit kunnen spreken na 27 jaar gevangenschap. En dan nog vind je dat hij overdrijft.

Iemand die 35 jaar daklozen onderdak heeft verschaft en nu een dankwoord uitspreekt omdat hij een halve maand salaris extra krijgt, je kunt de tekst van Robben er naadloos voor gebruiken.
Robben geeft ons een genadeloos kijkje in de ziel van de profvoetballer.

Twee weken op een massagetafel liggen en heel voorzichtig, onder de Afrikaanse zon, met een professioneel team om je heen, werken aan een rentree van vijftien minuten, hij ziet het als een lijdensweg. Tijdens de behandeling van Dick van Toorn een boek lezen of wat televisie kijken en tussendoor de pers te woord staan, dat noemt Robben 'een lange weg'.

Het is een klassiek voorbeeld van elitair kokerdenken. Je verwacht dit soort teksten bij de jonge profs van Ajax. 'Ik ben heel diep gegaan. Alles viel uit mijn handen. Mijn moeder is heel belangrijk geweest in die periode. Mijn familie ook. Ik heb de dingen op een rijtje kunnen zetten en de kracht gevonden om door te gaan. God gaf mij de kracht om door te knokken. En ja, dan is dit uiteindelijk de beloning.'

Aan het woord is Urby Emanuelson over de keer dat het rechteroortje van zijn iPod het niet meer deed.

Iedereen schijnt het prachtige televisie te vinden, de emotie van Robben. Ik vond het stuitend in zijn wereldvreemdheid. Zo een tekst durven te spreken op vijf kilometer van een township, dan ben je voorgoed verloren. Of hoe zeggen ze dat bij de Cabau van Kasbergjes? Dan ben je niet in balans.

Balans. Misschien zou Robben de pers veel evenwichtiger te woord hebben gestaan met zo'n magnetisch balansbandje van Wesley Sneijder om zijn pols. Eerst wilde ik het niet geloven. Dat leek me niks voor Kees Jansma, om dat soort onzin te tolereren, de verspreiding van esoterische armbandjes.

Het is ook levensgevaarlijk. De laatste bekende Nederlander die er een droeg was Nico Haak, die op de dag dat hij er trots mee poseerde, voorgoed in zijn sinaasappelkissie werd getimmerd. Wesley is een lekker modern mannetje. Én in God geloven én in magnetisme. Wat maakt het allemaal uit. Baat het niet, dan schaadt het niet.

Als Yolanthe over een week zegt dat het hele Nederlands elftal, vlak voor een wedstrijd, tot hun enkels in een bak varkenspis moeten gaan staan om zo de boze krachten uit de voeten te laten vloeien, dan gaan we het meemaken, de hele selectie tijdens het volkslied, verkleed als Jezus, tot hun middel in een bak lauwwarme biggenurine.

Ik vind het in het geval van Wesley Sneijder ook levensgevaarlijk, spelen met zo’n bandje om je arm. Er hoeven tijdens de wedstrijd tegen Brazilië maar zes mensen met een magneet op de tribune te gaan zitten en je trekt dat lichaampje zo naar de zijkant van het veld. Ik zou ze verbieden. Of vragen aan de FIFA of ze het verbieden. Die zeggen meteen ja.

Als ze ergens dol zijn op verbieden, dan is het wel bij de FIFA. Als je een verkeerde kleur bierjurk aan hebt wordt er, namens de FIFA, in een donkere cel een slang met Budweiserbier in je lichaam geduwd, net zo lang tot je bekent dat Budweiser het lekkerste bier is, maar als de hele wereld ziet dat Engeland scoort tegen de Duitsers, dan knippen ze snel de beoordelingsfout van hun scheidsrechter uit de samenvatting.

Dat is pas ziek. Je helemaal leegknokken en de rechter inschakelen als het om reclamecontracten gaat en schijt hebben aan de hele wereld als er om een eerlijker beoordeling van twijfelachtige doelpunten wordt gevraagd. De leden van de FIFA, allemaal hebben ze een magneet in het voorhoofd die slechts kroonkurkjes en geld aantrekt.


Nico Dijkshoorn

Geen opmerkingen: